De dag dat mijn hormonen mijn hakken overnamen
“In een wereld vol groene sapjes, strakke yogabroeken en eindeloze to-do-lijstjes vroeg ik me af: wanneer begint het echte leven eigenlijk? Is het wanneer je eerste rimpel verschijnt, of pas als je besluit die rimpel met trots te dragen?”
Welkom bij High Heels & Hot Flushes, de wekelijkse column voor vrouwen die ouder worden met stijl, humor en een tikkeltje zelfspot. Elke week deel ik een verhaal uit het echte leven — soms met een traan, meestal met een glimlach, altijd met hoge hakken… of pantoffels.
Het begon allemaal tijdens een doodnormaal werkoverleg.
Nieuwe teamleider, strak schema, cappuccino in de hand, hakken aan (de goede). Alles onder controle, tot ik ineens iets voelde wat ik nog niet eerder had meegemaakt. Geen paniekaanval, geen zenuwen, geen schuldgevoel over het vergeten van de wasmachine. Nee.
Een opvlieger.
Het kwam als een golf van binnenuit. Geen briesje, geen subtiele opwarming. Het was alsof iemand een haarföhn op standje hel had gericht op mijn gezicht — van binnenuit. Mijn wangen kleurden rood. Mijn rug werd klam. En mijn zorgvuldig gekozen zijden blouse veranderde in een plakstrip van pure schaamte.
Ik probeerde kalm te blijven. Ik knikte alsof ik vol aandacht luisterde, maar mijn hersenen hadden zich inmiddels afgemeld. Alles wat ik nog hoorde was het suizen van mijn eigen bloedsomloop en het hysterische stemmetje in mijn hoofd dat riep:
“Zeg iets. Iets normaals. NU!”
En dus zei ik:
“Eh… ik ben een beetje… warm.”
Briljant.
Thuis, met een ventilator op mijn gezicht en mijn beha op de grond (ja, het was zó erg), keek ik naar mijn hakken. Ze stonden daar nog steeds — elegant, zelfverzekerd, stabiel. Iets wat ik op dat moment absoluut niet was.

Het was een schokkende, maar ergens ook bevrijdende realisatie: mijn lichaam had zijn eigen plannen. En die plannen kwamen zonder handleiding, maar mét vuurzee. De dagen van controle, schema’s en ‘alles onder controle’ waren voorgoed voorbij. Het was tijd voor een nieuwe fase.
Niet slechter. Anders. Eerlijker.
Vroeger dacht ik dat vrouw-zijn vooral draaide om alles voor elkaar hebben: een goede baan, strakke bovenarmen, sociaal leven, relatie, anti-aging dagcrème. Maar nu weet ik beter.
Vrouw-zijn is ook:
- naar een vergadering gaan en onderweg je blazer uittrekken omdat je zweet als een marathonloper;
- een plotselinge huilbui krijgen omdat de yoghurt op is;
- beseffen dat je meer bent dan je spiegelbeeld — en vooral veel meer dan je hormonen.
En weet je wat het mooiste is?
Opvliegers, moodswings, gewicht dat ineens andere plannen heeft… het maakt ons niet zwakker. Het maakt ons wijzer. Eerlijker. Onafhankelijker.
Een vrouw die haar hakken even uitdoet om op adem te komen, is nog steeds een powervrouw. Misschien wel méér dan ooit.
Mijn lichaam mag dan soms z’n eigen hittegolf plannen, maar mijn vuur? Dat doof je niet.
Zie je volgende week. In kant, katoen, of niets daartussen.
🖋 Stella V.